Onze zoektocht naar een school

Door Mirjam Stam, moeder

Toen onze oudste dochter een peuter was woonden we in een klein dorpje. In het dorp waar wij woonden hadden we de keuze uit twee scholen: een (streng) christelijke school of een Daltonschool met klassen van 30+ leerlingen. Gelovig zijn wij niet, dus die school viel af. Een klas met 30+ leerlingen vonden wij ook niet zo’n goed idee.

We gingen verder kijken, dat bleek nog best een zoektocht. Wij hadden een aantal criteria. Wij wilden geen grote school met grote klassen. Hoe kan een leerkracht alle kinderen werkelijk ‘zien’ wanneer de aandacht verdeeld moet worden over zoveel leerlingen? Hoe kunnen de kinderen in zo’n grote klas krijgen wat ze nodig hebben? Wij voelden ons daar niet prettig bij. Ook wilden we een school waar kinderen zich op hun eigen tempo kunnen ontwikkelen. Ook als dat zou betekenen dat dat wat minder snel of sneller zou zijn dan de meeste kinderen in een klas of wanneer dat betekende dat er iets anders dan de gebruikelijke lesstof aangeboden zou worden. Kinderen leren nou eenmaal het gemakkelijkste en met het meeste plezier wanneer ze zich daarin kunnen storten waar zij op dat moment interesse in hebben.

Bij het zoeken naar een school kwamen we behalve veel wat bekendere ‘vernieuwende’ onderwijstypen (Montessori, Jenaplan, Dalton, vrije scholen, …) ook het democratisch onderwijs tegen. Binnen het democratisch onderwijs is er geen vooraf vastgesteld lesprogramma. Bij het al dan niet meedoen aan activiteiten speelt leeftijd geen rol. Kinderen kunnen datgene doen waar zij zich op dat moment prettig bij voelen. Leren wat op dat moment bij hen past. Leerlingen en begeleiders leren van en met elkaar.

Aanvankelijk waren we wat sceptisch. Wanneer een kind dat mag doen waar hij of zij zin in heeft, dan leert het toch niets? Het democratisch onderwijs bleef ons echter toch prikkelen. We begonnen er meer over te lezen, hadden meermaals contact met de democratische school. Gaandeweg groeide ons vertrouwen in dit type onderwijs. Sterker nog: op een bepaald moment wilden we eigenlijk niets liever. Het werd ons ideaalconcept wat onderwijs betreft. We hadden er het vertrouwen in dat wanneer een kind in een veilige (fysiek, sociaal-emotioneel) en inspirerende omgeving mag zijn, het alles leert wat het nodig heeft. Dat omvat lezen, schrijven, het nodige rekenen, maar zoveel meer dan dat. Wat ons destijds tegenhield waren de afstand tot de dichtstbijzijnde democratische school en het prijskaartje.

Met de komst van LOS naar Deurne hebben we nog eventjes getwijfeld. We vonden 300 euro in de maand nog steeds wel een hoop geld, maar vinden het heel belangrijk ons goed te voelen bij en vertrouwen te hebben in de school waar we onze kinderen naartoe laten gaan. Bij LOS voelen we dat vertrouwen, en we zien onze dochter met veel plezier gaan én groeien.

Soms is onze dochter wat terughoudend in het eerste contact. Bij LOS voelde ze zich al heel snel veilig genoeg om zichzelf te laten zien. Opmerkelijk genoeg durft ze ook weer meer van zichzelf te laten zien in situaties buiten thuis en school sinds ze naar LOS gaat. Ze durft ineens te praten tegen mensen die ze niet zo vaak ziet. Ook komt ze weer veel meer tot spelen, ook thuis. Ze heeft op haar vorige school een tijd zo erg in haar hoofd gezeten dat spelen ook thuis niet goed meer lukte, behalve in langer durende schoolvakanties. Nu ze naar LOS gaat komt ze ook thuis weer tot spel en dat is heel fijn om te zien.

Op LOS rekent ze en is ze bezig met letters, maar daarnaast met zoveel meer. Zo heeft ze laatst een wandeling gemaakt met een begeleider en wat medeleerlingen, naar de eendjes. Toen ik haar uit school haalde, wilde ze de route die ze wandelden ook graag aan mij laten zien. En zo gebeurde het. Ze wees me de weg naar de eendjes. Vertelde over de brandnetels die er groeiden. Dat er vlakbij brandnetels ook vaak andere plantjes groeien (“kijk, deze!”) en dat als je je geprikt hebt aan een brandnetel deze plantjes kunnen helpen om de jeuk te verminderen door ermee over de jeukende plek te wrijven. Ze vertelde me over het verschil tussen mannetjes-eenden en vrouwtjes-eenden en liet me zien waar ze een eend had zien broeden.

Ik wilde wat schrijven over wat ze het liefste doet wanneer ze bij LOS is, maar er zijn zoveel dingen die ze graag doet, dat dat niet in een woord te omvatten is. Ze speelt graag in het winkeltje, verkleedt zich graag (aan het einde van een dag vind ik haar zelden in de kleding die ze aanhad bij het wegbrengen). Ze springt op de trampoline en leert daar ‘kunstjes’. Geen dag is hetzelfde en elke dag brengt weer wat nieuws om te ontdekken.