Leren lezen
Door Mariken Althuizen, begeleider & specialist science/scheikunde
“Ik wil leren lezen”, zegt een leerling tegen me. “Oké”, zeg ik, “zullen we dan beginnen met woorden schrijven? Want wat je kan schrijven, kun je natuurlijk ook lezen. Ik wilde net beginnen met het maken van bordjes voor bij de fruitstruiken en fruitbomen in de tuin. Wil je me helpen?” Dat wil ze wel. En ze wil er tekeningen bij maken. Dat is een leuk idee! Welke doen we eerst? Appel. Ze kent al wel een boel letters. Goed luisterend en met wat tips schrijft ze het woord eerst op een briefje en tekent ze een appel erbij. Dan moet het op het houten boomstammetje worden geschreven. Dat is lastiger schrijven, maar het lukt. Tekening erbij. Volgende. Welke nu? Pruim. Oké. We praten over dubbelklanken en dat ui ook een woord is. Een heel kort woord, maar wel een woord. Dan volgt framboos. Als die ook op het boomstammetje staat, vindt ze het wel weer genoeg voor vandaag. Andere keer verder. “Wil je de woorden, samen met mij, met de brander in het hout branden?” “Nee, doe jij maar.”
Ik pak de brander en brand de drie woorden en de drie tekeningen in de boomstam. Als ik ze laat zien, is ze verbaasd en trots. Ik heb er niks aan veranderd. De letters staan precies zo op de boomstam zoals zij ze heeft geschreven. En ja, ze kan deze woorden inderdaad nu lezen!
Een paar dagen later verrast ze me met de volgende twee boomstammen, die ze samen met een andere begeleider heeft gemaakt. Ook voor de roze bes en de blauwe bes hebben we nu een bordje. Dat wordt een mooi klusje voor volgende week: alles maar eens in de tuin gaan zetten samen!
Ik ken geen reguliere basisschool waar de eerste woorden die de kinderen leren schrijven en lezen de woorden appel, pruim en framboos zijn. Het hadden ook alle andere woorden kunnen zijn. En het had ook zomaar kunnen zijn dat we met voorlezen en samen lezen waren begonnen. Dat hangt van het kind af. Bij LOS vinden we het belangrijker dat we aansluiten bij wat een kind leuk vindt en dat we aansluiten bij precies dat moment waarop de leerling er klaar voor is. Dan gaat leren snel en makkelijk. Hoe wij weten dat een kind er klaar voor is? We wachten tot een leerling er zelf mee begint of er zelf om vraagt. De leerling zelf is beter dan wie dan ook in staat om aan te geven wanneer het moment daar is en welke ‘ingang’ voor hem of haar de meest interessante is. Dat vinden wij pas veilig leren lezen. Of schrijven. Of rekenen. Of koken. Of muziek maken. Of timmeren. Of …